Skip to main content

Op het scherpst van de snede: Ruwvoerbalans: grip op gras in de winter

Het kuilgras ligt onder het plastic, andere ruwvoeders als mais ook. Tijd om een stal- of ruwvoerbalans te maken. Niet alleen kijkend naar de winter, maar óók om ruwvoer te reserveren als bijvoeding voor de start van het volgende weideseizoen. In deze video van ' Op het scherpst van de snede' laten melkveehouder Henk van der Stok en WeideCoach Ronald Beukeboom zien hoe dat werkt.  

Henk van der Stok boert in Haastrecht met zijn neef Jari en nicht Minke. Samen hebben ze 120 koeien op een huiskavel (!) van 70 ha, nadat ze twee jaar geleden het bedrijf van de buren hebben overgenomen. Het daarbij horende woonhuis wordt grondig verbouwd en er zijn plannen om een neventak te beginnen onder andere in de vorm van een camperplaats. Van de 70 ha is 60 ha voor beweiding; als robotboer past Van der Stok in het weideseizoen zoveel mogelijk dag en nacht weiden toe. Op 5 ha wordt mais verbouwd en op de andere 5 ha klaver/luzerne. “Naast dag en nacht weiden pas ik ook zomerstalvoedering toe voor maximale efficiëntie van mijn eigen verse gras”, aldus de goedlachse Haastrechtenaar.

Deel 1e/2e snede overhouden

Van der Stok maakt al jaren tijdig een stalvoerbalans. “Het is voor mij de sleutel om goed uit te komen, vooral in het voorjaar.” Je hebt volgens hem geen analyses nodig om te weten dat de 1e en 2e snede goed past bij het vroege voorjaarsgras begin volgend jaar. “Ik wil de stalvoerbalans zo maken dat we de 3e en latere snedes in de winter helemaal opvoeren en een deel van de 1e en 2e snede overhouden om te verstrekken naast weidegang. “Hoe komen we dan uit, hebben we genoeg en moeten we nog voer bijkopen”, vat Van der Stok de essentie van de ruwvoerbalans samen.

Alles in ronde balen

Sinds 10 jaar drukt hij het kuilgras in ronde balen. “Fantastisch om mee te sturen”, weet WeideCoach Ronald Beukeboom die daarnaast ook werkzaam is bij mengvoerbedrijf ABZ De Samenwerking. Hij definieert de stalvoerbalans als een voorraadberekening. Hij weet dat Van der Stok zijn balen weegt, ook verschillende kleuren plastic gebruik om aan te duiden welke snede waar ligt. Alle balen zijn ook geteld, dus er is bekend hoeveel er van wat waar ligt. Samen met de kuilanalyses en een overzicht van de diergroepen en ds-behoefte daarvan vormt de basis om de ruwvoerbalans te maken.

60 balen reserveren

Van der Stok neemt als vertrekpunt dat zijn koeien in het veenweidegebied in april naar buiten gaan. In de maanden april en mei wil hij naast weidegras ook de 1e of 2e snede bijvoeren naast stalvoeren en mais met aardappelpersvezels. Een ander vertrekpunt is dat zijn 120 melkkoeien dagelijks 1700 kilo drogestof vreten. De helft daarvan zal worden ingevuld door het weidegras (850 kg ds), de andere helft door bijvoeding bestaande uit stalvoeren van vers gras, mais met aardappelvezels en kuilgras van 1e snede. Van der Stok en Beukeboom zetten het aandeel van dat kuilgras op 400 kilo ds per dag. “Dat is hier precies 1 baal per dag, dus hebben we voor april en mei 60 balen nodig”, concludeert de weidecoach. Van der Stok heeft dicht geperste balen, waardoor hij op 400 kg ds per baal uit komt. Gemiddeld genomen, zo zegt Beukeboom, zit een baal op 300 kilo droge stof. De voorraad 1e snede bestaat uit 127 balen, dus blijven er 67 balen over die meegenomen kunnen worden in de ruwvoerbalans.

De uiteindelijke uitkomst van die ruwvoerbalans is dat Van der Stok 75.000 kilo aan droge stof tekort komt. “We weten dat we mogen gaan winkelen in de winter”, zegt de melkveehouder die aangeeft dat hij wel een tekort had verwacht, maar niet zo groot. Toch gaat hij niet meteen ruwvoer aankopen. “Op 1 januari moet ik voor de Kringloopwijzer sowieso een stalvoederbalans maken, dan gaan we de boel herijken waarna ik actie zal ondernemen.”

Groet, Projectteam Grip op Gras

Stichting Weidegang | +31 23 23 020 23 | Nieuwe Gracht 3, 2011 NB Haarlem | www.stichtingweidegang.nl |