De Weideman: Gras budgetteren, zomerdip keren
|
11 juli 2014
|
 |
| Nog maar kort geleden hief ik het vingertje voor de zomerdip en het risico van teveel maaien. Daar zitten we nu dus middenin en het is te zien als je onderweg je ogen de kost geeft. Het is momenteel heel moeilijk om met alle variatie in weer en groei te sturen op voldoende grasaanbod. Gevolg: veel melkvee loopt te weiden op kaal land, waar ze de laatste restjes ‘levend’ en fris groeiend gras wegvreten. Probeer dat toch uit alle macht te voorkomen, want je komt in een vicieuze cirkel terecht en de periode van grastekort duurt zo nog een paar weken langer. Kort gras en een open zode is ook erg gevoelig voor uitdrogen. Als Weideman probeer ik je uit je dip te sturen met tips en vuistregels, zodat je weer grip krijgt op de situatie. Budgetteren van je beweiding is nu het enige middel om er weer uit te komen. Ongeveer zoals je een vast maandelijks huishoudbudget afspreekt: dit kunnen we maximaal besteden en daarmee basta. Zo doen we dat nu met de hectares gras voor deze periode. Afhankelijk van het beweidingssysteem kun je bij een grasgroei van 20 – 30 kg ds/dag zelf uitrekenen hoeveel je de koeien aan kunt bieden. Er komt bij die grasgroei in drie tot vier weken maar 600 tot 800 kg ds per hectare bij. Juist nu is het handig om wekelijks een FarmWalk te doen en je grasgroei zelf te meten. Daarnaast staat mijn wekelijkse grasmeetnet tot je dienst om de grasgroei in je eigen regio te kennen. In het voorjaar berekenen we hoeveel gras je moet reserveren als beweidingsplatform en beginnen dan bij het aantal koeien keer de dagelijkse grasopname die we nastreven. Nu andersom: kies percelen die voor beweiding in aanmerking komen en laat dat samen pakweg tweederde van je grasoppervlak zijn. De rest moet groeien voor maaien en een goede weidesnede over een paar weken. Stel dat je 40 hectare beschikbaar hebt, reken dan uit wat daar volgens jou de komende vier weken groeit. Bepaal daaruit wat er per dag beschikbaar is en deel dat door het aantal koeien in je koppel. Nu weet je wat je grasbudget is in hectares en in kg ds per koe per dag. Het is fors minder dan wat je gewend was aan grasopname in het voorjaar. Vul het tekort aan door de bijvoeding te verhogen en gezien de eiwitgehaltes in het gras mag dat een tikje eiwitrijk zijn, bijvoorbeeld voorjaarskuil, of mais aangevuld met een eiwitrijk product. Heb je nog wat leuke maaiweides, dan is ook stalvoeren een optie. |
|
 Op een perceel met kort gras, groeit in juli al snel de helft minder, dan op een weiland met een gesloten gewas. |
|
| Tip: Met kuil- en weidegras is er al veel stikstof van het land gehaald. Nieuw ingezaaide percelen kunnen al 10 ton ds hebben opgeleverd. Bij gemiddeld 18% ruw eiwit is er dan al 290 kg stikstof geoogst. Met 50 m3 drijfmest + 100 kg N uit kunstmest is er 220 kg N beschikbaar. Dus 70 kg tekort? De bodem levert ook nog N uit mineralisatie (NLV), maar dat vult het gat niet helemaal. Probeer bij de verdeling van de kunstmest dus de nieuw ingezaaide percelen iets extra’s te geven, het zal de wortelontwikkeling ten goede komen. |
|
 Prachtig gezicht, een koppel zwartbonten op een gazonnetje… Maar zo duurt het nog langer voor de grasgroei weer op gang komt vanuit de zomerdip. |
|
 -- Geen gegevens beschikbaar Bron: Amazing Grazing, Dynamisch Weiden, Agrifirm Feed |
|
| Het ruw eiwitgehalte was overal laag, maar begint te stijgen, al is de variatie groot: tussen 150 en 250 g ruw eiwit/kg ds. Het suikergehalte al net zo: tussen 57 en 187 g/kg! In het zuiden was vochttekort de reden voor afwijkende voederwaardes, elders is dat het grassenbestand. In het veenweidegebied staat meer ruwbeemd met een lagere voederwaarde. Er is weer vocht en warmte, dus de voederwaarde kan weer stijgen. Volg het op de voet en let op de tankmelkgegevens om er op in te spelen. |
|
| We spreken elkaar, | |
 |
|